Artur Kapp (Suure-Jaani, 28 februari1878 – aldaar, 14 januari1952) was een Estischcomponist, organist en muziekpedagoog. Hij is de bekendste vertegenwoordiger van de componistenfamilie Kapp. Hij geldt naast Rudolf Tobias als de grondlegger van de op Europese leest geschoeide, zelfstandige Estische muziektraditie. Zijn belangrijkste werk is zijn oratorium Hiiob (Job).
De familie Kapp speelde een centrale rol in het muzikale leven van Suure-Jaani, een kleine plaats in de provincie Viljandi. Zijn eerste muziekles kreeg hij van zijn vader Joosep Kapp. De familie zou later ook de componisten Eugen (1908–1996) en Villem Kapp (1913–1964) voortbrengen, respectievelijk de zoon en een neef van Artur.
Artur Kapp kreeg zijn muziekopleiding aan het conservatorium van Sint-Petersburg: hij studeerde orgel bij Louis Homilius (tot 1898) en compositie bij Nikolaj Rimski-Korsakov (tot 1900). Hij was een van de eerste Estische componisten die de opleiding voortbracht. Hij ging aanvankelijk in Sint-Petersburg werken en trad in 1904 als directeur in dienst van de muziekschool van Astrachan. Hij zou tot 1920 in deze stad aan de Kaspische Zee blijven werken. Zijn zoon Eugen werd hier geboren.
In 1920 kwam hij terug naar Estland, waar hij docent compositie werd aan het kort daarvoor gestichte conservatorium van Tallinn. In 1925 werd hij tot professor benoemd. Tot zijn leerlingen behoren naast zijn zoon Eugen Evald Aav, Riho Päts, Enn Vörk, Gregor Konrad Heuer, Edgar Arro en Alfred Karindi. Zij schreven vooral koormuziek. Daarnaast was hij tussen 1920 en 1924 als dirigent verbonden aan het theater Estonia en was hij actief als organist. Hij verwierf bekendheid met zijn virtuoze orgelspel en improvisatiekunst.
Artur Kapp is de maker van de eerste Estische ouverture (Don Carlos, 1899) en de eerste Estische cantate (Paradiis ja Peri, 1900). Daarnaast schreef hij onder meer vijf symfonieën en twee orgelconcerten, koormuziek en liederen. Zijn grootschalige oratorium Hiob schreef hij tussen 1926 en 1929. Het ging in 1931 in Tallinn in première.
Sinds 2001 is vanuit Estland het Internationale Artur Kapp-genootschap actief.
1912 Päikesele cantate tenor, gemengd koor, orgel en orkest - tekst: Mihkel Veske
1919/1926 Ärka, rahvas cantate voor gemengd koor en orkest - tekst: Eduard Wöhrmann
1929 Hiob (Job) Bijbels oratorium voor solisten (mezzosopraan, bariton, bas, bas), gemengd koor, orgel en orkest - tekst: Julius Kaljuvee naar teksten uit de bijbel
1951 Symfonie nr. 5 in c - cantate-symfonie "Vrede" (Rahu) voor mezzosopraan, gemengd koor en orkest